Myopie

Bijziendheid, een brekingsafwijking

Door Jenneke van Dongen

Iedereen kent wel iemand in zijn omgeving die last heeft van bijziendheid. Met een bril of contactlenzen is die bijziendheid gemakkelijk op te lossen. Of heeft bijziendheid nog meer gevolgen? En is het überhaupt te voorkomen? Over deze en andere vragen sprak ik met De Optometristen Vereniging Nederland. Een optometrist is iemand die de ogen van patiënten onderzoekt. Hierbij wordt niet - zoals bij de opticien - alleen maar gelet op de gezichtsscherpte. De optometrist let daarnaast op de gezondheid van de ogen.

Web logo OVN 2019

Wat is myopie precies?
Myopie wordt ook wel bijziendheid genoemd en is een brekingsafwijking (refractie-afwijking) van het oog. Wanneer de sterkte van het hoornvlies en de ooglens niet goed in verhouding staan tot de lengte van de oogbol dan vallen de lichtstralen uit de buitenwereld bij het in de verte kijken niet precies samen op het netvlies. Er is dan sprake van een refractie- of brekingsafwijking. Bij myopie kan iemand ver weg niet scherp zien, maar van dichtbij wel. Vandaar dat het in de volksmond ook wel bijziendheid wordt genoemd. Myopie is dus geen oogziekte, maar een refractiefout in het optische systeem van het oog.

Hoe ontstaat myopie?
Myopie ontstaat omdat het oog te lang is, of omdat er een sterke kromming van het hoornvlies en/of de ooglens is, waardoor het brandpunt van de lichtstralen voor het netvlies samenkomen. Hierdoor wordt een wazig beeld op het netvlies geprojecteerd. De oplossing hiervoor is een bril of contactlenzen met een min-sterkte.

Wanneer ontwikkelt myopie zich?
Myopie kan zich op jonge leeftijd ontwikkelen, maar ook op volwassen leeftijd. Een heel kleine groep mensen heeft bij de geboorte myopie.

Waarom gaat bij de een de brilsterkte meer of sneller achteruit dan bij een ander?
De genetische gevoeligheid speelt hierbij een rol. En de invloed van externe factoren zoals buitenspelen en nabijwerk (lezen, op schermen van telefoon of iPad kijken) zorgen ervoor dat er onderlinge verschillen zijn in de  progressie van myopie.

Heeft een erfelijke factor ook invloed?
Zeker, kinderen met ouders  die bijziend zijn, hebben meer kans om zelf ook bijziend te worden. Er zijn meer dan 400 genen gevonden, die een rol spelen bij de ontwikkeling van bijziendheid.

Is er een manier om de achteruitgang van het zicht te stoppen of remmen?
De groei van het kinderoog vindt plaats tot ongeveer twintig jaar, dus tot die tijd kan er invloed uitgeoefend worden op het remmen van de myopie. Dit kan onder andere door het aanpassen van de levensstijl (minder op het beeldscherm en minder nabij kijken) en het toepassen van de 20-20-2 regel:

Wanneer je 20 minuten dichtbij hebt gekeken moet je 20 seconden even wegkijken en per dag minimaal 2 uur naar buiten gaan.

Veel buiten spelen op de kinderleeftijd is de sterkst beschermende factor die we tegenwoordig kennen. Aan de genen kunnen we (nog) niets veranderen, aan de leefstijl wel. Veel dichtbij kijken op jonge leeftijd zorgt voor (extreme) lengtegroei van het oog. Buitenlicht en ver weg kijken compenseren deze lengtegroei en remmen dit zelfs. Helaas kan een oog niet krimpen dus voorkomen is de enige oplossing. Het belangrijkste doel van de behandeling van kinderen met progressieve myopie is het voorkomen van hoge myopie, of – als het kind al hoge myopie heeft – de sterkte zoveel mogelijk te beperken.

Komt het nu vaker voor dan 10, 20, 30 jaar geleden?
In de Nederlandse media hoor en lees je het met regelmaat: steeds meer kinderen worden bijziend. Een groot probleem, want myopie veroorzaakt door een te lang oog – de meest voorkomende vorm – een vergrote kans op oogziekten. De toename van myopie zou ontstaan doordat kinderen tegenwoordig vele uren per dag intensief naar schoolwerk of een beeldscherm staren, waardoor hun ogen niet goed meer kunnen focussen. Dat stimuleert lengtegroei van het oog. Ook zijn kinderen minder vaak buiten, terwijl daglicht juist belangrijk is voor gezonde groei en ontwikkeling van het oog. Het aantal bijzienden in de wereld is de laatste decennia sterk toegenomen. In AzieĢˆ is het probleem het grootst; uit studies blijkt dat in landen als Taiwan, Zuid-Korea en Singapore nu 80-90% van de twintigjarige bevolking bijziend is. Vroeger was dit rond de 20%. Ook in Europa zou een toename gezien zijn en zou gemiddeld 1 op de 3 personen bijziend zijn; dit is bij 60-jarigen 1 op de 4, maar bij de jongere generaties stijgt dit al tot 1 op de 2.

Er is ook een groep wetenschappers sceptischer: is het probleem echt wel zo groot? Zij geven aan dat in Azië de myopie sterk toeneemt onder de bevolking tot 60% maar daarentegen in Noorwegen minder dan 15% myoop is. Zij twijfelen daarom of het mondiaal toeneemt.

Kan myopie, die je op jonge leeftijd ontwikkelt, gevolgen hebben op latere leeftijd?
Ja, bij hoge myopie, je moet dan denken aan -6,00 dioptrie en hoger, heb je een verhoogd risico op het ontwikkelen van een aantal oogziekten, zoals netvliesloslating en glaucoom op latere leeftijd.

Uit: De Stem van Grave, 2023

Vraag subsidie aan

Werkt uw organisatie voor blinde en slechtziende mensen? Dan kunt u bij ons een subsidie aanvragen.

Help mee

Wilt u ons werk ondersteunen? Kijk hier op welke verschillende manieren dan kan.

KSBS

Katholieke Stichting voor Blinden en Slechtzienden
Postbus 50, 5360 AB  Grave

T 06 51 63 69 27
info@ksbs.nl

© KSBS 2024

Ontwerp website: Weijsters & Kooij vormgevers